02 jan Waarom zijn ‘wij’ zo goed in darten?
Hockey, handbal, korfbal en… darten. Allemaal sporten waarin ‘wij’ als Nederlanders het best goed doen op grote toernooien. Vanavond staat Michael van Gerwen in de finale van het WK-darten.
Om die finale te bereiken moest hij afrekenen met een andere dart-grootheid van Nederlandse bodem, Raymond van Barneveld. ‘Barney’ verloor de pot, maar niet zonder een record te breken: met 109 punten pakte hij de hoogste gemiddelde score die een verliezer ooit gehaald heeft.
Van Gerwen brak ook een record, de hoogste gemiddelde score in een WK-duel: 114,05 punten. Daardoor is hij ook favoriet voor de finale van vanavond, dan speelt hij tegen de Schot Gary Anderson.
Waarom zijn wij zo goed in darten?
Dirk van Duijvenbode (24) deed zelf een jaar geleden mee aan het WK-darten. Hij werd in de eerste ronde door Van Barneveld uit het toernooi gegooid. Dirk denkt dat het succes van de Nederlandse darters vooral te danken is aan de uitzendingen op tv. “Het is net als voetbal, daar kijken ook veel mensen naar. Als je dan op een sport wilt, dan ga je snel op voetbal. Nu komt er steeds meer darts op tv en daardoor gaan mensen het meer doen.”
En er kijken nogal wat mensen; gisteren zagen 1,6 miljoen mensen de halve finale.
Logisch, volgens sportcommentator Joris van den Berg: “Het is een echte kijksport. Heel spannend. Bij wielrennen heb je een peloton, wat bergjes en mooie landschappen, maar er gebeurt niet zoveel. Bij darts moet iedere pijl raak en is iedere beurt een nieuwe cliffhanger”, zegt Van den Berg. En het is lekker overzichtelijk: “Het is raak of mis. Er is geen discussie zoals bij het voetbal. De scheidsrechter hoeft eigenlijk alleen maar op te tellen.”
En met Van Barneveld, Van Gerwen en tientallen andere Nederlandse darters op tv zijn er genoeg voorbeelden om naar te kijken. Maar met goede voorbeelden ben je er nog niet.
Dirk traint twee uur per dag. “Ik train dan vooral op dubbels en finishen. Je hebt de buitenste ring op een dartboard en daar zitten de dubbels. Als je een wedstrijd wil uitgooien, moet je dat altijd met een dubbel doen.”
Concentratie
Concentratie lijkt het toverwoord te zijn. “Vanuit psychologisch oogpunt gezien moet je je enorm goed kunnen concentreren”, zegt sportpsycholoog Edith Roozendaal. “Het is heel precies werk en je moet het ook nog langdurig doen. Darten is een fijne sport, en als je zenuwachtig bent en trilt, maakt dat veel uit voor je pijltje.”
En je moet je niet laten afleiden door bijvoorbeeld publiek. “Dat kun je trainen door bijvoorbeeld meditatie-oefeningen, of ademhalingsoefeningen”, zegt Roozendaal.
Dat doet Dirk allemaal niet. Hij slikt Cheqio, een speciaal middel om de concentratie te bevorderen. “Van Barneveld slikt het ook.”
Geen doping
Cheqio is geen doping volgens de Nederlandse dopingautoriteit. Althans, er zitten geen verboden prestatiebevorderende stoffen in, zegt directeur Herman Ram. Dat wil niet zeggen dat het pilletje niet werkt. “Een bruine boterham is ook prestatiebevorderend”, zegt Ram. “En cafeïne ook. Dat staat ook niet op de dopinglijst.”Wat er wel in het pilletje zit, kan de dopingautoriteit niet zeggen; dat is niet getest.
Topsport?
Dat je mentaal fit bent, is dus belangrijk, je fysieke gesteldheid wat minder. Is het dan een topsport? Het komt wel dicht in de buurt, vindt sportcommentator Van den Berg. “Darts heeft wel degelijk veel aspecten van topsport. Er is echte strijd, vooral mentaal. Het is interessant om naar te kijken. En bij boogschieten staan ook dikke mensen op de baan en dat is Olympisch.”
De dartsport komt van ver: “Het is niet zo lang geleden dat er nog bier werd gedronken op het podium.”
Volgens Van den Berg komt die omslag deels door spelers als Van Gerwen: “Hij tilt de sport echt naar een hoger niveau. Er worden ook steeds meer toernooien gespeeld. Ik denk dat darters de komende jaren veel meer gaan werken aan hun fysiek of mentale niveau. Dat moet ook wel. De oude garde doet het nu vooral op talent. Heel knap, maar dat kan niet meer.”
Lees het hele artikel of ander dartnieuws op NOS
Bron: NOS